Dirck Nelissen,
schepen 1674-1679+
Eigenlijk heette hij Dirck Roetbaerts,
maar als zoon van Nelis Roetbaertz werd hij Dirck Nelissen
genoemd. Na hem verdween de oude benaming uit de familie. De Theodorus
Roetbaerts, schepen te Berg, die in 1676 nog doopgetuige was in Montfort,
was identiek moet identiek zijn aan Theodorus Nelissen, schepen, die
Nieuwjaarsdag 1679 in Sint-Odiliënberg stierf.
Zestig jaar daarvoor werden nog genoemd
Nelis en Peter, zoons van Peter Roetbaertz, die een
stuk land verkochten aan het echtpaar Claessen. Daarmee is de link naar
het verleden gelegd.
Dirck werd in het cijnsregister aangeslagen
wegens een morgen land in De Kemp en nog 4 morgen land aan de hei. Dat
zegt natuurlijk niet alles over zijn grondbezit. Hij trouwde in juni
1648 met Petronella Janssen. Het paar ging (naderhand)
boeren op de boerderij van Frimersum en vervolgens op Groot Hemken.
Peter Nelissen,
schepen 1685-1715+
Hij werd wel nog wel gedoopt als zoon
van Derick Roetbaerts, maar iedereen kende hem toch als Peter Nelissen
(1652-1715). Toen hij schepen werd boerde hij nog als pachter
op Saps. In 1685 werd door de gerichtsbode namens de pastoor
beslag gelegd op de beesten van Nelissen op Saps. Reden was de achterstallige
kerkenpacht gedurende 4 jaar ten laste van... de Prins van Oranje als
eigenaar van de boerderij.
Naast schepen was Peter Nelissen gedurende
vijf opeenvolgende jaren van 1679 tot 1684 schatheffer in de gemeente
en belast met o.a. de inning van de hoofden- en beestenschat. Van de
grondlasten zijn geen stukken uit die tijd bekend, wel van de huizenschat
uit 1682.
Peter Nelissen was in oktober 1677
getrouwd met Maria Cals uit Linne. Uit dit huwelijk zijn zeven kinderen
bekend. Toen de pachtjaren ten einde liepen, verhuisde het gezin naar
hun huis aan de rand van het dorp. In de gemeenterekeningen komt enkele
keren de post voor van verteringen ten huize van schepen Nelissen. In
1716 is er dan sprake van een herberg.