Watermolens op de Roer

De molens op de Roer anno 1720
- getekend door landmeter G. Coolen -

1. De onderste of Hillen-molen; na het overlijden van de vrouw van molenaar Joost Scheijven in maart 1618, door diens "zwager" in bezit genomen, door het openen en dichtdoen van de deur, het op en neer schorren van de haal, met eten en drinken in huis, het graven in de hof, het snoeien in een boom, met stilleggen en weer laten draaien van het molenrad en met het scheppen van graan in de maaltrechter: het molsteren van het coren in den treuger. 1643 1/2 kartuizers en 1/2 munsterklooster.

In 1610 genoemd als Joest Scheijven molen. (Zie ook onder 4. de volmolen.)




2. De Weerds-molen aan de Ezelspoort, ook wel de Thielen-molen genoemd naar de toenmalige eigenaar. De eerste naam geeft aan de ligging tegenover het Weerdje tussen de twee Roeren.

Lange tijd in bezit van twee eigenaars. In 1566 verkoopt Bruyn van Daelen zijn helft aan Johan Nobis. In 1562 de andere helft aan de weduwe van Giel Poirtgens.












3. De kartuizer-molen aan het Steijl, met huis, hof en bakhuis, met de grote en de kleine hof en het weitje aan de Lesten Stuijver, en de hoppenhof samen ruim 15 morgen groot.


























4. De volmolen op de Roer in 1549 uitgegeven aan Diederick Beckx met recht van waterstroom. 1554 aan Merten van Oedekyrchen. Verkoop 1588 door Thijs Mulleners aan Joost Scheijven uit Maasbracht, dan (1623-1638) aan Gerard Graus, president van de Rekenkamer, met het huis, schuur en moestuin. 1638 verkoop aan het schoenmakers-gilde, dan door de stad beschud en aan de kartuizers verkocht.

Deze molen bezat drie gewerffen: als korenmolen, als looi- en als volmolen, om graan te malen, leer te looien en gewandt te vollen (laken stoffen te persen, kneden en hameren).





5. De bovenste molen aan 't Ham, ook abdissen- of kloostermolen genoemd.
















...

  Origineel in ARA Brussel, foto van origineel in GAR te Roerond; getekend door landmeter G.Coolen omstreeks 1720.